DOE S NORMAAL JOH! (5)

Ik heb niet geklapt voor ze. Op straat heb ik geen hartverwarmende boodschap gekrijt. Voor mijn raam heb ik geen T-shirt met een rood hart opgehangen. Zorgprofessionals doen gewoon hun werk. En in ruil daarvoor krijgen ze geld. Salaris heet dat. In hun contract staat helemaal niets over een collectieve heldenstatus bij piekbelasting.

Mensen die werken in de Zorg hebben van nature een passie om van betekenis te zijn. Daar genieten ze van. Ze willen anderen helpen. Dat geeft namelijk een goed gevoel. Deze mensen hebben ooit uit vrije wil besloten hun brein op te leiden zodat ze deskundig het verschil kunnen maken. Hun handelen heeft impact. Ze doen ertoe. En ertoe doen is fijn. Dat vervult de grootste levensbehoefte van de mens. Geluksvogels zijn het.

Nu de menselijke soort bezwijkt onder een virus hebben de zorgprofessionals het druk. En mazzel. Alle beschikbare tijd besteden ze nu aan het verlenen van zorg. Dat lijkt me een enorme verbetering ten opzichte van de tien uur per week die ze voorheen kwijt waren aan de papieren werkelijkheid. De jarenlange personeelstekorten worden in rap tempo aangevuld. Stroperige regels en procedures zijn vandaag de dag met een goed initiatief te weerleggen, te omzeilen of om te buigen. Eindelijk is er die broodnodige beweging!

En dan wordt er een uit de hand gelopen campagne gelanceerd die veel te lang genegeerde en opgestapelde problemen bedekt met een mantel van collectieve dankbaarheid. Getver! Deze groep professionals moet gezien en gehoord worden omdat het heel ouderwets normaal is om naar elkaar te luisteren. Niet omdat angst regeert!

Het lijkt er sowieso op dat we, ‘op afstand maar dichterbij dan ooit’ en ‘samen’ in een groots opgezet heropvoedingskamp zijn terechtgekomen. Onze leiders nemen ons procesmatig mee naar ‘het nieuwe normaal’. Vanuit huis mogen we rustig wennen aan die mooie maakbare maatschappij waarin we het met elkaar doen. Niet letterlijk overigens. We houden anderhalve meter afstand van elkaar. Stel je voor dat we soortgenoten gaan vasthouden, aanraken of omhelzen?! Nee joh! We bieden geen letterlijk schouderklopje of passende aai over de bol. In ‘het nieuwe normaal’ gaan we niet ongegeneerd gestalte geven aan groeiende genegenheid. Ik vrees dat we ook het fysiek voelen tot op het vunzige af hebben verloren.

De weerstand die ik voel voor deze weerzinwekkende werkelijkheid is groot. Mijn vertrouwen in de zorgprofessionals groter. Ik kijk uit naar het spandoek dat ze zelf ophangen wanneer de rust is teruggekeerd:

‘WEES VAN BETEKENIS EN GENIET. TERUG NAAR VOORHEEN DAT DOEN WE NIET!’

Anneke Polman